We refereren nog vaak aan de tijd van voor 17 november 2009 als : Toen was geluk nog gewoon.
Het overlijden van Dirk, en vooral de manier waarop, maakte diepe indruk op N. Ze was daarna uitgesproken anti-geweld, en al helemaal anti-wapen.
Daarom was mijn verbazing zo groot dat ze zo verheugd reageerde toen ze van W het trainingsmes voor haar verjaardag kreeg. Ik heb haar wel eens vol van frustratie gevraagd: Ben je nu al vergeten wat er met Dirk gebeurd is?
De zin : Geen kind is zo aanwezig als een kind dat wordt gemist, begreep ik pas goed na het overlijden van Dirk. Niet wetend dat ik zelf een aantal jaren later mijn eigen kind zou moeten missen. En het lijkt misschien raar dat ik dit nu schrijf, maar soms ben ik een beetje jaloers op de ouders van Dirk.
Omdat zij zekerheid hebben.
De zekerheid dat Dirk niet meer thuiskomt. De zekerheid dat Dirk nu Thuis is. De zekerheid dat Dirk veilig in Jezus' armen is.
Ik leef elke dag in onzekerheid. Zou ik haar ooit nog eens zien? Is ze gelukkig? Is ze veilig?
Deze vragen spoken de hele dag door mijn hoofd.
Ik voel me vaak schuldig naar mijn andere kinderen toe. Ze zijn de moeder kwijt die ik voor dit alles was. En de jongste was 2 toen dit hele verhaal begon te spelen. Laatst bedacht ik me dat zij me eigenlijk nooit gelukkig heeft gezien.
Ik zeg wel eens: Ik durf niet meer op te voeden. En daar bedoel ik mee dat ik de kinderen niets meer durf te verbieden. En veel te snel toegeef. En ik durf ze niet meer aan te spreken op de fouten die ze maken. En zo modderen we allemaal maar wat aan. Ik weet in mijn hart dat dit niet goed van me is, maar de verwijten die ik van N gekregen heb, maken dat ik bang ben om mijn opvoedkundige taken uit te voeren.
Omdat ik, ondanks dat ik voor mijn gevoel een goede (geen perfecte, die bestaan niet) moeder was, toch een kind ben kwijtgeraakt.
Wordt vervolgd.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten