We lichtten de andere kinderen in, en adviseerden hen om als ze iets aan haar kwijt wilden, het op papier te zetten, zodat ze dat aan haar kwijt konden. Mijn man en ik deden hetzelfde, we stelden allebei een brief op, waarin we onze zorgen kenbaar maakten, hoeveel verdriet haar bericht ons deed, en dat onze deur altijd voor haar open zou staan.
N zat de bewuste avond als een blok ijs op de bank. We hadden eerst de kinderen hun zegje laten doen, en T had ons advies ter harte genomen en had een brief van meerdere pagina's aan haar zusje geschreven. Er stond onder andere in dat ze niet kon begrijpen dat haar zusje genoegen nam met het feit tweede keus te zijn. En dat het W uiteindelijk niet om N te doen was, maar om T. Ook benoemde ze in haar brief dat het gedrag van N leek op het Stockholm Syndroom. En inderdaad, die gedachte was bij mij ook al een paar keer opgekomen.
Maar N hoorde alles onbewogen aan. Geen spoortje emotie was er van haar gezicht af te lezen. Ook onze brieven, die we niet met droge ogen voor konden lezen, leken niet bij haar binnen te komen. Onze N was zo dichtbij, maar tegelijkertijd was ze onbereikbaar voor ons.
De huisarts had ons ondertussen doorverwezen naar de praktijkondersteuner, in de hoop dat die ons wat handvaten kon geven, hoe met deze situatie om te gaan.
Maar die begon de problemen in eerste instantie in de verkeerde hoek te zoeken. Bijvoorbeeld bij het feit dat ze het derde kind is, en dergelijke...
Toen we wat naar onze mening het probleem was in kaart gebracht hadden, zei ze dat N op dat moment wellicht een loyaliteitsconflict had. Ze zat letterlijk tussen twee kampen. Het was voor haar het makkelijkst om met één van die kampen te breken, om wat rust te creëren. En omdat ze diep in haar hart wist dat ze altijd bij ons terug kon komen viel de keuze dus op ons. Maar, verzekerde ze ons, bloed blijft altijd trekken, op een dag komt ze terug!
Het deed verschrikkelijk zeer om dat te horen, maar goed, ik ging me maar aan dat laatste vastklampen.
Ondertussen hadden W en N een trouwdatum geprikt, en waren met de voorbereidingen gestart. Het leek voor ons de hoogste tijd om eens met de ouders van W in gesprek te gaan. Maar we kwamen van een koude kermis thuis. De moeder van W was helemaal in de wolken dat haar zoon ging trouwen, en kon niet begrijpen dat wij zo afwijzend gereageerd hadden. We probeerden haar aan het verstand te brengen dat we het huwelijk nooit verboden hadden, maar het advies gegeven hadden om in ieder geval te wachten tot ze afgestudeerd waren. Maar zij snapte niet waar we ons druk om maakten. En de problemen die nu allemaal onstaan waren, waren onze eigen schuld. WIJ hadden muren opgetrokken, WIJ hadden onze dochter aan een dichte deur laten staan. En ZIJ had haar liefdevol opgevangen. (Er verscheen nog net geen aureooltje boven haar hoofd)
De vader van W had niet veel te melden, het enige wat hij zei was dat hij het liefst had dat zijn zoon vandaag de deur uitging, dan morgen.
Hier kwamen we dus ook niet verder, en ontgoocheld gingen we naar huis.
Wordt vervolgd.
Deze reactie is verwijderd door de auteur.
BeantwoordenVerwijderen